zaterdag 19 januari 2013

Blijf in gesprek met uw bank, zeker bij problemen.

Onderstaand artikel uit het FD van vandaag (19/01/2013) toont aan dat het belangrijk is in gesprek te blijven met uw bank.


"Opzeggen van zakelijk krediet kan niet zomaar"
Geschreven door: Tom Loonen

Zorgplicht: Wat zegt de rechter?

Bank mag krediet stopzetten, maar dat moet weloverwogen Het gerechtshof Den Haag behandelt een zaak die de rechtbank Rotterdam in eerste instantie had afgewezen. Partijen zijn Rabobank en een ondernemer die sinds 1989 een kredietrelatie had met de bank. Het betreft een hypothecair krediet op panden, waarvan de executiewaarde ruim het verleende krediet dekte.

Na verloop van tijd vraagt de ondernemer om verhoging van het krediet. Na enig gesteggel gaat de bank overstag. De afspraken over de kredietverhoging en aanvullende afspraken, onder meer een aflossingsverplichting van € 25.000, worden gemaakt in het bijzijn van de advocaat van de ondernemer.

De financiële positie van de ondernemer verslechtert aanzienlijk en hij komt de aflossingsverplichting niet na. De bank poogt meermaals in gesprek te raken, maar zonder succes. De ondernemer zegt ‘geen tijd voor de Rabobank’ te hebben. In november 2004 geeft de bank aan de relatie te willen beeindigen en wordt de ondernemer te verstaan gegeven een andere bank te zoeken. Hij doet echter niets. Op 17 oktober 2005, bijna een jaar later, beëindigt Rabo per direct de kredietrelatie.

De ondernemer beroept zich op dwaling: de afspraken waren onduidelijk en hadden nooit gemaakt mogen worden. Daarbij heeft de bank hem onvoldoende tijd gegeven om een nieuw kredietgever te vinden en bovendien was de achterstand beperkt. Het krediet was volgens hem dus op oneigenlijke gronden opgezegd.

Het gerechtshof stelt dat op grond van de algemene bankvoorwaarden een kredietrelatie in beginsel door een bank kan worden opgezegd. Maar dat kan niet willekeurig.

Er zijn eisen van redelijkheid in billijkheid: zo dient er een zwaarwegende grond voor de kredietopzegging te bestaan.

Verder heeft een bank door haar maatschappelijke functie een bijzondere zorgplicht. Zo moet een kredietopzegging minimaal overeenstemmen met de eisen van subsidiariteit en proportionaliteit.

Het gerechtshof stelt dat voor een gezonde kredietrelatie voldoende zekerheid maar ook een aflossingscapaciteit van belang is. De ondernemer is zijn betalingsverplichting niet nagekomen. Hoewel de achterstand beperkt is, acht het hof dit in combinatie met de moeizame relatie en de slechte fi- nanciële positie voldoende.

Voorts had de ondernemer uit de brieven kunnen begrijpen dat bij niet-nakoming van de betalingsverplichting de bank tot opzegging zou overgaan. Het nietaangaan van een gesprek telt ook in zijn nadeel. Aangezien de afspraken in het bijzijn van zijn advocaat zijn gemaakt, kan hier geen onduidelijkheid over zijn geweest.

Ten slotte oordeelt het hof dat, mede omdat het een eenvoudige hypotheek betrof, de bank een acceptabele termijn in acht heeft genomen. De ondernemer wist al langer dat de bank het krediet wilde opzeggen, zodat hij voldoende tijd had om in overleg te treden, een andere bank te zoeken of alsnog zijn verplichtingen te voldoen.

Wat zegt deze uitspraak?
De bank heeft gezien haar maatschappelijke positie een bijzondere zorgplicht. Het gerechtshof in Arnhem heeft in een arrest van 18 februari 2003 enkele concrete overwegingen opgesomd die een bank moet meewegen bij het opzeggen van een krediet. Zo moet er een redelijke termijn gegeven worden voor het vinden van een nieuwe kredietgever.

Los van de juridische overwegingen had de ondernemer beter het gesprek kunnen aangaan met de bank. Samen tot een oplossing proberen te komen, kan het innemen van een juridische positie overbodig maken.

Leerpunten
  • Schriftelijke afspraken, zoals aflossing, liggen vast en er dient aan voldaan te worden. 
  • Bij problemen moet de kredietgever worden verwittigd. Hoe eerder het probleem op tafel ligt, hoe groter de kans op oplossing.
  • De bank heeft zich te houden aan strikte eisen ten aanzien van het opzeggen van de bankrelatie, zeker bij krediet.

donderdag 2 februari 2012

Op zoek naar geld bij zakenfamilies

Familiebedrijven zoeken vaker financiering bij andere families en oud-ondernemers, nu banken minder scheutig zijn met leningen. 'Je kunt spreken van een trend', zegt turnaroundmanager Harm Tunteler. Vroeger zat de wereld nog simpel in elkaar. Als een onderneming in moeilijkheden kwam, stelde een externe puinruimer orde op zaken en werd de huisbank gevraagd de kredietlijnen op te rekken. Zo is menig probleemgeval opgelost.
Maar tegenwoordig lukt dat niet meer. de crisismanager staat nog wel klaar, maar de bankier niet. 'Banken zijn op hun hoede en werpen een hoge drempel op', zegt Tunteler, managing partner bij Custom Management, leverancier van interim-bestuurders. Het bureau heeft momenteel de handen vol aan het reorganiseren van middelgrote familiebedrijven die in een kritieke situatie verkeren. 'De economie dicteert het soort opdrachten dat wij verrichten.
Reorganiseren, kostenreductie en afslanken zijn aan de orde van de dag', zegt Tunteler die zelf ooit koffiebranderij Smit & Dorlas overnam, samen met investeringsmaatschappij Egeria. dat de banken niet meer willen bijspringen, heeft alles te maken met de verscherpte kapitaaleisen die zij opgelegd krijgen. Zij moeten meer vermogen reserveren ten opzichte van de genomen risico's. In de stagnerende economie zijn banken vaker gedwongen af te boeken op slechte leningen.
'Het is razenddruk op de afdeling bijzonder beheer,' weet Tunteler, waar bancaire cliënten in precaire toestand terechtkomen. Het helpt ook niet als bedrijven meer rente willen betalen voor het verhoogde risico. 'Banken houden in veel gevallen de deur helemaal dicht', ervaart deze adviseur. Ze komen pas over de brug als bedrijven de helft van het benodigde kapitaal op tafel leggen in de vorm van risicokapitaal of achtergestelde lening. Waar moet dat geld vandaan komen?
'Er is een neiging om in dat geval te kijken naar andere zakenfamilies of oud-ondernemers die vermogen voorhanden hebben', signaleert Tunteler. Een logische stap, vindt hij. Ondernemers vinden gemakkelijk gehoor bij andere ondernemers: ze bewegen zich in dezelfde wereld en spreken elkaars taal. 'Ze zitten gevoelsmatig dicht bij elkaar.' Tunteler telt in Nederland zeker tien investeringsvehikels die uit zakenfamilies voortkomen en in familiebedrijven willen investeren. daartoe behoren Berk Partners, bekend van ex-coureur Ben Pon (van auto-importeur Pon), en Egeria, ontsproten in de kring van de familie Brenninkmeijer. In dit rijtje past ook de Hoge dennen, een investeringsfonds van de familie de Rijcke, die fortuin maakte met de verkoop van winkelketens Kruidvat en Groenwoudt.
Andere verwante fondsen zijn Navitas (familie Zeeman) en de participatiemaatschappijen Ecart en Synergia, net als Informal Capital Network, waarin vermogende particulieren optrekken, en TIIN Capital, ook al een netwerk van ruim 500 informal investors. de waarde van de gemiddelde deal in dit circuit bedraagt naar schatting € 10 mln. Het totale investeringspotentieel bedraagt zo'n € 250 mln. 'dat is een zeer voorzichtige schatting. Als iemand het dubbele zou noemen, zou ik hem niet voor gek verklaren', stelt Tunteler. Kenmerkend voor dit type investeerder is de lange termijn horizon: er moet een goed rendement worden gemaakt, maar de tijdsdruk is minder groot dan bij private-equityhuizen die snel resultaat moeten boeken voor hun institutionele beleggers. En de ondernemers die om geld vragen, hoeven ook niet per se een meerderheidsbelang uit handen te geven en kunnen dus zeggenschap behouden. Sterker nog: Ecart wil niets liever dan een minderheidsbelang, de zittende directie moet een grote financiële betrokkenheid houden om tot hoge prestaties te worden geprikkeld.
Konden ondernemers, op zoek naar geld, vroeger nog terecht bij een partij als de NPM, nu ligt dat volgens Tunteler minder voor de hand. Sinds deze participatiemaatschappij van SHV Holdings streeft naar meerderheidsbelangen is niet iedereen daar aan het goede adres, meent de partner van Custom Management. 'Als de zittende aandeelhouders in het bedrijf de baas willen blijven, moeten ze verder kijken.' de investeringsvehikels uit familie- en ondernemerskringen zijn regelmatig in de markt voor een deal. Ecart, waarin dertig oud-ondernemers risicovermogen bij elkaar hebben gelegd, nam eind vorig jaar een aandeel in Life Hammer, leverancier van veiligheidsuitrusting voor auto's.
Investeringsmaatschappij Synergia Capital Partners, dat vooral middelgrote ondernemingen in Nederland bedient, was tot 2007 betrokken bij Cold Food, de maker van kroketten onder de merknamen Van Dobben en Kwekkeboom. Cold Food, nu onderdeel van NPM, is op het ogenblik verwikkeld in een fusieproces met Mora, waarover de Europese mededingingsautoriteiten begin dit jaar bedenkingen hebben geuit. de huidige portefeuille van Synergia omvat winkelketen Schoenenreus (222 filialen) en de fabrikant van oogstmachines Agro Ploeger, die in oktober vorig jaar fuseerde met het Amerikaanse Oxbo. Ook investeerder de Hoge dennen was eind 2011 actief op de overnamemarkt met de acquisitie van kunststofbedrijf Wiefferink in Oldenzaal, bedoeld om de onderneming verder te laten groeien.

02-02-2012 © Het Financieele Dagblad (Geschreven door: Henk Engelenburg en Hans Maarsen Amsterdam)
                                                                                             

Banken draaien kredietkraan dicht

Bedrijven en huishoudens in Europa krijgen moeilijker een lening, blijkt uit onderzoek van de ECB
Europese banken hebben hun eisen voor de kredietverlening aan bedrijven en huishoudens in de laatste maanden van vorig jaar 'significant' aangescherpt en de rentes op leningen verhoogd. Ze verwachten dit beleid in de eerste drie maanden van dit jaar verder voort te zetten. Dat blijkt uit de zogeheten Bank Lending Survey die de Europese Centrale Bank (ECB) woensdag heeft gepresenteerd. De uitkomst versterkt de vrees voor aanhoudende economische malaise in Europa, omdat bedrijven moeilijker kunnen investeren en gezinnen minder kunnen consumeren. 'Dit onderzoek voedt de inschatting dat de Europese economie in een recessie is weggegleden', stelt Nick Kounis van ABN Amro. De ECB merkt op dat het beeld van verkrapping wijdverspreid is. Alleen Duitsland onttrekt zich eraan. Ook in Nederland scherpte 'een enkele bank' de criteria aan, stelt de Nederlandsche Bank in aanvulling op de driemaandelijkse ECB-enquête.
In haar onderzoek vraagt de ECB periodiek aan banken of ze strenger zijn geworden of juist soepeler. Per saldo 35% van de banken zegt haar beleid te hebben aangescherpt als het gaat om bedrijfsleningen. Bij de vorige rondvraag in oktober antwoordde 16% van de banken zwaardere criteria te stellen. Bij hypotheekleningen aan huishoudens stelt netto 29% van de Europese banken hogere eisen, tegen 18% in oktober. De ECB ondervroeg 124 Europese financiële instellingen. 'De deelnemende banken schrijven aanscherping van de kredietstandaarden toe aan de nadelige combinatie van een zwakkere conjunctuur en de schuldencrisis in de eurozone', schrijft de ECB. de economische terugval maakt banken terughoudender omdat ze vrezen dat leningen niet meer worden afgelost. De schuldencrisis ondermijnt de financiële positie van de banken zelf. Een groot aantal instellingen meldde 'ernstige problemen' te hebben met hun financiering, waardoor ze minder ruimte hebben om geld uit te lenen. De ECB stelt dat de aanscherping van de kredietverleningen ook in de toekomst aanhoudt, 'zij het aan een lager tempo.' De verstrekking van bijna € 500 mrd aan zeer goedkope leningen door de ECB heeft de fundingproblemen voor de banken verlicht. Hierdoor zal de kredietkrapte wellicht afzwakken.
Vorige week zei bankpresident Mario Draghi al dat hij 'een majeure, majeure credit crunch' heeft voorkomen met zijn liquiditeitsoperatie. Overigens is het zeer de vraag of bedrijven en huishoudens ook meer gebruik zullen maken van ruimere kredietmogelijkheden. Uit de ECB-cijfers blijkt dat er bij gezinnen minder belangstelling is voor hypotheken (per saldo ziet 27% van de banken minder animo). de vraag naar bedrijfsleningen is vrijwel even laag als drie maanden geleden.

02-02-2012 © Het Financieele Dagblad (Geschreven door: Marcel de Boer)

vrijdag 27 januari 2012

VEEL ONDERNEMERS OVERSCHATTEN DE VERKOOPPRIJS VAN HUN BEDRIJF

Op dit moment staan niet alleen veel woningen, maar ook veel bedrijven te lang te koop. Bij woningen is dat door internetsites als FUNDA goed zichtbaar, bij bedrijven is de markt veel minder transparant. Hierdoor is het voor ondernemers die hun bedrijf willen verkopen lastig te bepalen welke vraagprijs realistisch is.

Verschil huis en bedrijf
Een belangrijk verschil tussen de huizenmarkt en de markt voor bedrijfsovernames is dat huizen gemakkelijker vergelijkbaar zijn dan bedrijven. Als een huis recent verkocht is voor €250.000, dan zal een vergelijkbaar huis in dezelfde buurt ongeveer hetzelfde opbrengen. Elk bedrijf heeft hele specifieke kenmerken, het bepalen van een realistische verkoopprijs is daarom veel ingewikkelder dan die van een woonhuis.  

Toekomstige risico’s
Er bestaan prachtige theoretische modellen om de waarde van een bedrijf te berekenen. Kern van dergelijke berekeningen is de winst, of beter gezegd de cash-flow, die het bedrijf in de toekomst verwacht te behalen. Een dergelijke waardeberekening is voor verkoper én koper nuttig om een houvast te krijgen voor de uiteindelijke prijs. Probleem is dat koper en verkoper verschillend denken over de toekomstige winst en, heel belangrijk, de risico’s die bij het betreffende bedrijf spelen. Een koper zal beducht zijn voor de bekende lijken in de kast en al helemaal voor katten in de zak! In praktijk bestaat daarom een groot verschil in de mate waarin de verkoper en de koper risico’s zien. Dat is een belangrijke reden dat verkopers vaak teleurgesteld zijn over de prijs die geboden wordt door de koper, een hoger risico drukt namelijk de prijs.

Geld, of nog meer?
Naast het probleem rondom risico is er nog een probleem waardoor de verkoper vaak teleurgesteld is. Ik hoor regelmatig een verkopende ondernemer zeggen dat hij voor de aangeboden prijs beter zelf een aantal jaren door kan werken, want dan kan hij net zo veel verdienen als de hoogte van de aangeboden verkoopprijs. Maar dan? Hij wil toch stoppen? Is er nog de energie die nodig is om succesvol door te blijven werken? Wat vindt het thuisfront ervan? Wat gebeurt er als de markt instort? Daarnaast wordt vaak vergeten dat er meer zaken spelen dan alleen de prijs: de continuïteit van het bedrijf bijvoorbeeld en een mooi, gezond leven na jaren van hard werken. 

Continuïteit
Uiteraard is een hoge verkoopprijs belangrijk, maar veel ondernemers vinden het ook belangrijk dat hun bedrijf in goede handen overgaat. Gunnen is daarbij zwaarwegend, maar zeker ook een goed gevoel over de continuïteit. Een hoge prijs zal de continuïteit in gevaar kunnen brengen, aangezien een hoge prijs meestal een hogere financiering met bijbehorende verplichtingen met zich mee brengt.

Binnen Adfinco hebben we veel ervaring opgebouwd op het gebied van bedrijfsovernames en kredietverlening.  Mocht u geïnteresseerd zijn in ondersteuning bij de aankoop en/of financiering van een bedrijf  nodigen wij u graag uit voor een vrijblijvende afspraak.

Joost Snoep, partner Adfinco CORPORATE FINANCE & ADVICE







jsnoep@adfinco.nl
Van Twickelostraat 13 – 7411 SC  Deventer
Tel. (0570) 74 60 14 – Fax (087) 784 39 18
www.adfinco.nl

Een MBI in 2012: juist nu!

Column BuyInside (Brookz: 16-01-2012)

Als het aan u ligt doet u dit jaar een overname! U bent klaar voor het ondernemerschap, u heeft de juiste
ervaring opgedaan en u beschikt over voldoende eigen middelen. Máár aan de andere kant volgt u ook al het
nieuws in deze financieel onrustige tijden; Is dit wel het juiste moment om een bedrijfsovername te doen?
Er is een aantal redenen te noemen, waarom u juist in 2012 op zoek zou moeten gaan naar de mogelijkheden
van een bedrijfsovername.

Meer bedrijven
Allereerst zullen er namelijk dit jaar veel bedrijven naar de markt komen die geschikt zijn voor een zogenaamde
MBI (management buy-in). Dit heeft 2 oorzaken:
  • Een groot aantal DGA’s op leeftijd heeft inmiddels een aantal jaren zijn opvolging uitgesteld, naar aanleiding van de 1e crisis in 2008, maar kunnen en willen dit nu niet langer. Het is voor hen onduidelijk wanneer er weer licht komt aan het einde van de tunnel. Een stevige opvolger met nieuwe energie zal waarschijnlijk wel in staat zijn de onderneming naar een hoger plan te tillen. In de meeste branches zijn er op dit moment minder strategische partijen op overnamepad, waardoor uw kansen als MBI-er worden vergroot. Wij zagen deze trend al in 2011 en verwachten dat dit zich in 2012 verder door zal zetten.
  • Daarnaast hebben veel aandeelhouders zich in de afgelopen tijd gerealiseerd dat hun bedrijf behoefte heeft aan versterking van de directie. Hun bedrijf is op dit moment niet in zijn geheel over te nemen, maar er is wel ruimte voor iemand die bereid is als ondernemer (en dus mede-aandeelhouder) in te stappen. Een sterke MBI-er, met ervaring uit de branche die zowel een stuk commerciële slagkracht als algemene managementvaardigheden meebrengt en die op termijn de gehele onderneming kan overnemen.
Lagere prijzen
Verder is er een duidelijke neerwaartse druk op de overnameprijzen, met name omdat bedrijven er anders
voor staan dan een aantal jaren geleden, Er zal in veel gevallen ook gekozen worden voor andere constructies
met een meer resultaat afhankelijke overnamesom, zoals earn outs of een geleidelijke aandelenoverdracht.

Financiering blijft mogelijk
Uiteraard heeft het bovenstaande ook effect op de financieringsmogelijkheden van de overname.
Maar onze ervaring is dat financiering van een bedrijfsovername van een stabiel bedrijf , ook onder de huidige
marktomstandigheden, nog steeds heel goed mogelijk is. Een aantal zaken is aangescherpt. Zo kijken banken
zeer kritisch naar een houdbaar winstniveau, waar de overnamefinanciering op gebaseerd zal worden. En nog
kritischer naar de achtergrond, capaciteiten en middelen van de ondernemer. In alle gevallen, waar dit mogelijk
is, zal door de banken gebruik gemaakt worden van een borgstelling van de staat en zal de bank om een
achtergestelde lening van de verkoper vragen.

Verder zien wij dat banken in de meeste gevallen zeer positief staan ten opzichte van een geleidelijke of
gedeeltelijke overnameconstructies waarbij de bestaande aandeelhouder voor langere tijd verbonden blijft
aan de onderneming.

Voldoende mogelijkheden dus voor die overname dit jaar, bij lagere en meer resultaatafhankelijke prijzen,
waarvoor nog steeds financieringsmogelijkheden zijn. Belangrijk is uiteraard wel dat u over de juiste ervaring
en voldoende ondernemerschap beschikt. Bij de meeste bedrijven moet immers het nodige gebeuren en is het
van belang dat er een stevige opvolger met de juiste kwaliteiten aan boord komt.
Als u verder, naast een volledige overname, ook openstaat voor een geleidelijke of gedeeltelijke overname, is
2012 een heel mooi jaar om een bedrijf te kopen!

Laura Schagen
Managing Partner BuyInside

vrijdag 2 december 2011

Eerste signalen van spanning voelbaar bij kredietverlening

Bron: FD 2 december 2011

Geschreven door: Pieter Couwenbergh en Pieter Lalkens

Over de kredietverlening aan bedrijven bestaan twee werkelijkheden.
Adviseurs zien het lastiger worden. Alleen is dat (nog) niet terug te zien in de cijfers.
Accountant Jan van der Poel voorspelde donderdag in deze krant dat het midden- en kleinbedrijf in 2012 moeilijk een bankkrediet zal kunnen krijgen. Hij verwacht een daling van de kredietverlening met 20%, deels veroorzaakt door strengere regels voor banken en door de recessie.
De cijfers tonen deze achteruitgang nog niet aan. Tijdens de vorige crisis bleef de kredietverstrekking groeien. Maar toch lijkt het onvermijdelijk dat de recessie en de toenemende kapitaaleisen hun weerslag hebben op de kredietverstrekking van banken aan het bedrijfsleven. Uit een rondgang langs bedrijfsadviseurs komt naar voren dat banken geen algehele kredietstop voor het midden- en kleinbedrijf (mkb) hebben, maar wel dat het verkrijgen van een krediet veel moeilijker wordt voor ondernemingen.
Een aantal bedrijven neemt al een voorschot op de onzekere tijden.
Bedrijfsadviseurs raden sommigen van hun klanten aan de bestaande kredietfaciliteit nu volledig op te vragen, zodat het geld maar binnen is voor investeringen die komend jaar moeten worden gedaan in onderhoud of automatisering.
‘Het is een gebruikelijk effect dat in onzekere tijden een kredietfaciliteit wordt “volgetrokken” en vervolgens bij een andere bank op de depositorekening wordt gestald’, stelt een gerenommeerde zakenbankier. ‘Dat geldt zeker voor bedrijven die er nog niet zeker van zijn hoe zij er volgend jaar precies voor staan. Het zou me verbazen als we niet weer in deze fase zitten.’
Paul Dirken, directeur bedrijven van de Rabobank, ziet dit verschijnsel ook, maar nog niet op grote schaal. ‘Het is wel zo dat ook het mkb na de financiële crisis meer is gaan letten op liquiditeitenbeheer’, aldus Dirken. volgens de Rabo-directeur is zijn bank ‘niet dicht voor het mkb’.
Hij zegt tegelijkertijd dat het beoordelen van kredietaanvragen en bedrijfsplannen ‘lastig’ is geworden, met het oog op de economische onzekerheden. ‘Dat geldt zeker voor de onderkant van de markt.’

Door economische onzekerheid is beoordelen kredietaanvraag lastig

Maar ook voor ‘goede business cases’ wordt de boordeling volgens Rabo-directeur Paul Dirken moeilijker.
‘Hoe langer de Europese schuldencrisis aanhoudt, hoe onzekerder het economisch klimaat.
Er moet dus snel rust komen.’ volgens een van de bedrijfsadviseurs hebben ondernemers nog steeds te maken met een ‘verkopersmarkt’: de bank bepaalt wat er gebeurt. ‘Alleen een krediet aanvragen en verder niets afnemen van een bank, kan bijna niet meer. Ondernemingen moeten zeker ook hun betalingsverkeer onderbrengen bij de bank die het krediet verstrekt. En de handelsfinanciering.’
Dat beeld wordt bevestigd door een grote buitenlandse bank.
‘Door de hogere kapitaaleisen zijn we kritischer op klanten. We kijken hoeveel we aan een bedrijf kunnen verdienen en op basis daarvan selecteren we. Wat kun je nog meer doen, behalve kredietverstrekking?
Dat is lastiger in te vullen voor het midden- en kleinbedrijf.’
Een ander punt van zorg bij de bedrijfsadviseurs is het vernieuwen van een kredietarrangement.
Er gaan altijd enkele maanden voorbij voordat een afspraak over een kredietarrangement helemaal juridisch is gedocumenteerd en afgerond. Een bank kan dan alsnog afzien van de afspraak op basis van de zogeheten MAC-clausule, ofwel ingrijpend veranderende economische omstandigheden.
Het is een nucleaire optie die slecht is voor de reputatie van een bank. Maar een topadvocaat ziet een trend dat banken ‘op zoek gaan naar het muizengaatje om een kredietfaciliteit in de huidige onzekere tijd niet te hoeven verstrekken.’
In de nieuwe eisen voor banken volgens het Basels Comité, moeten banken voor toegezegde kredietlijnen 5 tot 10% aan liquide middelen aanhouden en in het geval van rekening-courantfaciliteiten zelfs de volle 100%. verder moet 5% van de lijnen voor zowel krediet als liquiditeit ook nog eens lang worden gefinancierd.
Alleen aan kredietlijnen waar banken juridisch gemakkelijk vanaf kunnen, worden geen eisen gesteld.
Bedrijvenadviseurs adviseren dan ook om altijd gecommitteerde kredietlijnen af te spreken ook al zijn die een stuk duurder.
‘Goedkoop is in dit geval duurkoop, want in de huidige tijd is het een stuk lastiger aan krediet te komen’, zegt een van hen.
Sommige kredieten gaan niet door omdat ondernemers ze te duur vinden. Bankiers hanteren strengere risico-opslagen voor kredieten. ‘En dat is wennen’, aldus directeur Paul Dirken van de Rabobank. volgens hem moeten bankiers goed uitleggen hoe ze aan de prijs voor krediet komen.
‘Kredietverlening is vaak emotie.
Hiermee moeten bankiers en ondernemers rekening houden.’ volgens een van de bedrijfsadviseurs speelt de algehele economische somberheid een grote rol in de voorspelling van accountant Jan van de Poel dat het mkb het moeilijk krijgt met kredietaanvragen.
‘voor een deel zijn het dagkoersen.
Als er een succesvolle eurotop komt, ziet de wereld er heel anders uit.’

 

donderdag 1 december 2011

Banken knijpen in 2012 in mkb-krediet

Bron: FD 01-12-2011

 

Volgens economisch adviseur en oud-cfo van het ABP, Jan van de Poel, zal de financiering die banken het mkb verstrekken in 2012 met 20% dalen. ABN Amro en ING erkennen dat de kredietverlening zal afnemen.

Van de Poel: ‘Een bankier moet evenveel energie steken in een kleine als een grote ondernemer. De transactiekosten in het mkb zijn hoog. Dat er geknepen wordt, is begrijpelijk. Het is een gemakkelijke uitweg.’ Volgens de oud-hoogleraar accounting dreigt het mkb de dupe te worden van het aan banden leggen van de banken.

Van de Poel roept minister Maxime Verhagen van Economische Zaken, Landbouw & Innovatie op om bedrijven te helpen bij het zoeken naar alternatieve, niet bancaire, financiering. ‘Dat houdt meer in dan ergens op een namiddag een ‘‘round table’’ organiseren. Er moet snel iets gebeuren.’

 

Van de Poel was lid van de expertgroep die in opdracht van Verhagen onderzoek deed naar de beschikbaarheid van krediet voor het mkb, dat voor 90% afhankelijk is van bancaire financiering. De expertgroep constateerde afgelopen zomer al dat sprake is van ‘structurele fricties’ in de financiering van het mkb. Daarbij gaat het om kleinere, op Nederland gerichte bedrijven en snelle groeiers.

Een woordvoerder van ABN Amro erkent dat de kredietverlening in 2012 zal afnemen. ‘We gaan uit van een milde recessie. Dit betekent dat er minder vraag zal zijn naar krediet en de totale stroom aan kredieten voor het mkb zal dus afnemen.’ Een woordvoerder van ING zegt dat beperkende maatregelen voor banken kredietverlening aan ondernemers moeilijker maken. ‘Wegens de stilvallende economie kan de kredietvraag afnemen. Al lijkt een percentage van 20% ons veel.’